donderdag 28 februari 2013

Waarschuwing: Ik hoop je niet te kwetsen

Beste moeder van vier (4), 

Gefeliciteerd met je boek over zwangerschap na verlies, en je gezin. Ik gun je het allemaal.
Toch heb ik niet eerder kunnen reageren op je brief van drie jaar geleden. Wijt dat maar aan mijn overgevoeligheid als moeder van een gezond kindje dat tijdens de laatste vijf (5) minuten van haar stuitbevalling is gestikt, en de daarop volgende vier (4) miskramen. Tijdens één daarvan ben ik een derde (1/3) van mijn bloed verloren en moest ik aan een infuus. Mijn man houdt vol dat het twee derde (2/3) was. Dat geeft wel aan hoe bang hij was me te verliezen, zo bang, dat hij het eigenlijk wel voor gezien wilde houden wat betreft nog eens proberen. En toch deden we dat.

Twee zinnen in je brief hadden een slecht effect op mij. Noem het de gevoeligheid van een moeder die nooit haar kind zal zien opgroeien. Het heeft niets te maken met het jou wel of niet gunnen van een gezin. Natuurlijk gun ik je dat. En ik weet dat jij je 'blessed' voelt, zoals je me schrijft.
Maar, zo 'blessed' zijn wij dus niet.

De eerste zin in je brief waar ik over struikelde deed  me denken: Ha! Alsof ik niet gezond leefde.
Alsof ik niet volledig gericht ben geweest op het verwelkomen van een kindje in een zo gezond mogelijk lichaam. En ík heb het roer niet eens om hoeven gooien, want ik at al geen rotzooi, deed al aan yoga, wandelde en fietste, en had al jaren een Chinese zowel als een Westers georiënteerde arts.
Acupunctuur en Chinese kruiden? Ik weet er alles van.

P-Patch Queen Anne Hill
Mijn Chinese arts stelde voor dat ik zou gaan tuinieren, om op die manier weer vertrouwen te krijgen in de natuur. Alsof het de natuur, en niet de arts was die me in de steek had gelaten destijds in het Onze Lieve Vrouwen Gasthuis. Het duurde een tijd voor ik een zaadje durfde te planten, bang als ik was dat het niets zou worden. De aanleg van mijn "P-Patch Plot" was gedaan, een cirkel in het midden, omgeven door de keien en kiezels die ik uit de aarde had gesift. Op de vier hoeken ruimte voor kruiden en bloemen, een omheining om de katten buiten te sluiten, en een prachtig poortje gemaakt van wilgentakken, en nog kon ik er niets in planten. 

M'n lieve man is uiteindelijk mee gegaan naar de tuin om me aan te moedigen de envelopjes te openen, en de inhoud over de gereedgemaakte aarde te verdelen. Zo heb ik eindelijk de plantjes zien opkomen, en kon ik met bezoekers aan de tuin veelkleurige boeketten delen, of ruilen voor groenten met andere tuiniers, want mijn worteltjes, daar zat de worm in, en mijn radijsjes, waren na een reis naar Nederland binnen drie weken zo groot als tennisballen. Alles in mijn tuintje groeide als kool, maar toch wilden de vruchtjes in mijn buik niet aarden. 

Wanneer iemand zegt dat ze hoopt me niet te kwetsen, dan is dat een voorbereiding op wat gaat komen.

Door die zin aan het einde van je brief te plaatsen heb je me niet eens de kans gegeven om niet verder te gaan met lezen. En dat is de reden waarom ik je brief niet heb kunnen beantwoorden. Ik voelde me, ongetwijfeld onbedoeld, maar toch, gekwetst door die twee zinnetjes. 
Als moeder van een overleden baby weet je maar al te goed dat het verdriet om dat verlies nooit verdwijnt. De scherpe kantjes gaan er af, maar zo nu en dan grijpt het je weer eventjes bij de keel. Zo kunnen wij intens genieten van andermans kroost, en tegenwoordig kleinkinderen, en toch voelen we ons na een leuke ontmoeting vaak heel verdrietig, om wat wij niet kennen, om wat we nooit zullen kennen, om het gemis, dat altijd blijft. 

Eens een moeder, altijd een moeder, met of zonder opgroeiende kroost.


Deze tekst by Judith van Praag is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-NoDerivs 3.0 Unported License.

dinsdag 26 februari 2013

Vanuit het buitenland Nederlands Rijbewijs verlengen in I.T. tijdperk

DigiD en reisdocumenten op Schiphol?

vrijdag 22 februari 2013

Kindermonument in Rotterdam tevens onderwijsproject tegen uitsluiting en disciminatie

Herinnering aan weggevoerde Joodse kinderen onderdeel van onderwijsproject in Rotterdam

foto's: kindermonument.net
Bij het zien van de aankondiging van de onthulling van het Joods Kindermonument nabij verzamelplaats Loods 24 in Rotterdam moet ik meteen denken aan mijn vaders zus. Wat ben ik blij dat zij in 1942 voet bij stuk hield en haar twee meisjes de grens over liet smokkelen, om hen later met haar man te volgen. Met zijn vieren hebben zij ondergedoken in Brussel de Tweede Wereldoorlog overleefd.

Tante Marietje en Oom Ies heb ik dan wel nooit mogen ontmoeten, in 2002 had ik voor het eerst hun oudste dochter Edith aan de telefoon. Ik had tijdens mijn bezoek aan Nederland een oproep geplaatst om familieleden van mijn vader op te sporen, en Edith had gereageerd door me een brief te sturen met haar telefoonnummer. Nadat ik die brief bij thuiskomst vond heb ik Edith meteen gebeld. Aan het einde van ons lange gesprek hing ze op met de woorden 'Don't call me, de volgende keer bel ik jou.'

Pas in 2010 kwam haar zus Lily me op het spoor en hoorde ik dat Edith niet lang na ons gesprek overleden was. Ze had haar zus niet meer kunnen vertellen dat ze contact met mij had gehad, Lily vond de advertentie met mijn oproep in nagelaten papieren. Nu heb ik dankzij deze nicht van vaders kant kennis aan vier achternichten van mijn leeftijd, twee dochters van Lily, en twee van Edith, en sommige van hun kinderen.

Het door architect Wim Quist ontworpen Kindermonument moet waarschuwing zijn tegen uitsluiting en discriminatie. 
Op Rotterdamse scholen wordt extra aandacht besteed aan de geschiedenisperiode waarin de 686 kinderen zijn afgevoerd, website kindermonument helpt daar mee. Je kunt op de site bijvoorbeeld een alfabetische lijst vinden met namen en leeftijden (van 1 maand tot 12 jaar), plaatsen waar de kinderen woonden, namen van concentratiekampen, en data dat ze vermoord zijn.

10 April, 2013 is de onthulling

Deze tekst by Judith van Praag is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-NoDerivs 3.0 Unported License.