zondag 8 mei 2011

Moeders Herinnering

Eerstgeboren of eerst gebeld? 
Mijn schoonmoeder en haar zus hoeven dankzij hun mobieltjes niet bij de telefoon te zitten, wachtend op telefoontjes van hun kinderen, maar dat betekent niet dat er geen 'score' wordt gehouden. Het eerste telefooontje telt dubbel, maar ergens ook weer niet, want één van de kinderen moet uiteindelijk toch de eerste zijn. Wie als tweede belt maakt niet zoveel uit, maar daarna gaat het er om spannen. Twee van de vier of in het geval van de zus, drie, hebben van zich laten horen, wie zal de volgende zijn? De jongere zus zal hoogstwaarschijnlijk winnen, voor haar hoeven immers slechts drie kinderen te bellen, maar je weet nooit, stel je voor dat haar middelste kind op zich laat wachten ... Wanneer ze uiteindelijk allemaal gebeld hebben delen de moeders in elkanders vreugde.

Een Hallmarkkaart zegt wel veel, maar niet alles. 
Iedere zus heeft drie kaarten waaruit blijkt dat haar kinderen van haar houden, haar eren en dankbaar zijn voor alles wat ze ontvangen hebben van hun mama. Ieder drie, een vierde kaart ontbreekt omdat de oudste zoon van mijn schoonmoeder nu eenmaal niet veel opheeft met een dergelijk vertoon. Hij lacht om de overdreven voorgedrukte teksten op verjaardagskaarten die na ontvangst in de prullenbak verdwijnen en weigert de commercie te spekken door iets dergelijks te versturen. Liever verrast hij iemand met opgenomen muziek, een huisconcert, of zelfs een instrument. Met die houding, was hij een man naar mijn moeders hart.

Eens een moeder altijd een moeder. 
Moederdag vond mijn moedertje namelijk maar onzin, dat ze moeder was dat wist ze ook zonder kaart. Met mijn bestaan herinnerde ik haar daar al aan, iedere dag, dat was natuurlijk —vanzelfsprekend. En het uitwisselen van attenties was in ons gezin nooit beperkt tot een bepaalde dag. Wat heet, mijn ouders konden zelfs een verjaardagscadeau niet bewaren tot de dag zelf was aangebroken, maar daarover meer een andere keer ...

Gisteren was het achtien jaar geleden dat ik begon aan een weekendcursus papiermaken, een poging om weer eens iets creatiefs te doen na vier maanden rouw. De concentratie die kwam kijken bij het maken van nieuw zijdezacht papier uit snippers die ik samen met andere cursisten had gescheurd deed me mijn verdriet een aantal uren vergeten.

Vandaag 8 mei, is het achtien jaar geleden dat ik mijn eerste Moederdag vierde met het scheppen van papier. Tijdens de lunchpauze destijds, liep ik huilend over straat, een moeder zonder kind, maar ik kwam thuis met de eerste paar pastelkleurige vellen waaronder eentje waarin een handje rozenblaadjes en zelfs een linoafdruk in verzonken lag.

Troostrijk scheppen.
Na dat weekend verscheurde ik een groot deel van mijn zakelijke administratie, tot aan belasting enveloppen toe. Wekenlang deed ik niets anders dan papmaken van wat ooit van belang was. De grauwe, gekoetste brei leverde een grove papiersoort waarin soms blauwe of oker snippers nog herinnerden aan een verleden tijd.

Pas in de herfst van 1993 wist ik het aldus verkregen papier te gebruiken voor pen en inkt tekeningen —een speciale herinnering aan het feit dat ook ik moeder ben.



"In the eyes of the Gods we are ants", Amsterdam 1993. Handgeschept papier, pen en inkt, rozeblaadjes, linoleumdruk



This work by Judith van Praag incl. illustrations is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-NoDerivs 3.0 Unported License